De Big Five

Het "vecht-of-vlucht"-instinct van de hersenen van angstige individuen zijn te gemakkelijk en te vaak bezig. Daarom mensen met een hoge angst score vaak het gevoel dat er iets gevaarlijks gaat gebeuren. Ze kunnen bang zijn voor specifieke situaties of gewoon bang zijn. Ze voelen zich gespannen, zenuwachtig en nerveus. Personen met een lage angst score zijn over het algemeen kalm en onbevreesd.

Personen die hoog scoren in Boosheid voelen zich boos wanneer dingen gaan niet zoals ze willen. Ze zijn gevoelig voor eerlijke behandeling en voelen zich haatdragend en verbitterd wanneer ze het idee hebben dat ze worden bedrogen. Deze schaal meet de neiging om je boos te voelen; of de persoon ergernis en vijandigheid uitdrukt, hangt af van het niveau van verbondenheid. Lage scoorders worden niet vaak of gemakkelijk boos.

Deze schaal meet de neiging om verdrietig, neerslachtig en ontmoedigd te zijn. Hoge scoorders missen energie en hebben moeite met het initiëren van activiteiten. Lage scoorders zijn vaak vrij van deze depressieve gevoelens.

Zelfbewuste personen zijn gevoelig voor wat anderen van hen vinden. Hun bezorgdheid over afwijzing en ridicule maken dat ze zich verlegen en ongemakkelijk voelen bij anderen. Ze zijn gemakkelijk in verlegenheid gebracht en schamen zich vaak. Hun angsten dat anderen ze zullen bekritiseren of bespotten zijn overdreven en onrealistisch, maar hun onhandigheid en ongemak kunnen deze angsten realiteit maken. Lage scoorders daarentegen hebben geen last van het verkeerde indruk dat iedereen naar hen kijkt en over hen oordeelt. Ze voelen niet nerveus in sociale situaties.

Ongematigde individuen voelen sterke hunkeringen en moeite hebben om weerstand te bieden aan hun aandrang. Ze hebben de neiging om gericht te zijn op kortstondige genoegens en beloningen in plaats van op langetermijngevolgen. Lage scoorders ervaren geen sterk, onweerstaanbaar hunkeren en komen daardoor niet in de verleiding om aan hun drifte toe te geven.

Hoge scoorders op gebied van Kwetsbaarheid ervaren paniek, verwarring en hulpeloosheid bij druk of stress. Lage scoorders voelen zich meer evenwichtig, zelfverzekerd en denken helder in geval van stress.

Vriendelijke mensen houden oprecht van andere mensen en tonen openlijk positieve gevoelens ten opzichte van anderen. Ze maken snel vrienden en het is gemakkelijk voor hen om hechte, intieme relaties te vormen. Lage scoorders op Vriendelijkheid zijn niet per se koud en vijandig, maar ze reiken geen uit naar anderen en worden als afwezig en gereserveerd beschouwd.

Gezelschapsmensen vinden het aangenaam en stimulerend in het gezelschap van anderen. Ze genieten van de energie en opwinding van grote menigten. Lage scoorders voelen zich vaak overweldigd door grote menigten en mijden deze actief. Ze vinden het niet noodzakelijkerwijs onprettig om soms met mensen samen te zijn, maar hun behoefte aan privacy en tijd voor zichzelf is veel groter dan voor individuen die hoog op deze schaal scoren.

Hoge scoorders op gebied van Assertiviteit zijn niet bang hun mening te geven, nemen de leiding en leiden de activiteiten van anderen. Ze hebben de neiging om leiderrol te claimen in groepen. Lage scoorders hebben de neiging niet veel te praten en anderen de activiteiten in groepen te laten controleren.

Actieve individuen leiden snelle, drukke levens. Ze bewegen zich snel, energiek en krachtig, en ze zijn betrokken bij veel activiteiten. Mensen die hier laag op scoren schaal volgen een langzamer en meer ontspannen tempo.

Hoge scoorders op deze schaal zijn gemakkelijk verveeld zonder hoge niveaus van stimulatie. Ze houden van felle lichten en drukte. Ze nemen waarschijnlijk risico's en zoeken sensatie. Lage scoorders worden overweldigd door lawaai en commotie en zijn niet geneigd tot thrill-seeking.

Deze schaal meet positieve stemming en gevoelens, niet te verwarren met negatieve emoties (die deel uitmaken van de Neuroticism domein). Personen die hoog scoren op deze schaal ervaren doorgaans een scala aan positieve gevoelens, waaronder geluk, enthousiasme, optimisme en vreugde. Lage scoorders zijn minder vatbaar voor dergelijke energieke uitspattingen.

Voor fantasierijke individuen is de echte wereld vaak te gewoon. Hoge scoorders op deze schaal gebruiken fantasie als een manier om een rijkere, interessantere wereld te creëren. Lage scoorders op deze schaal zijn meer op feiten georiënteerd dan op fantasie.

Hoge scoorders op deze schaal houden van schoonheid, zowel in kunst aks in de natuur. Ze raken gemakkelijk betrokken en verzonken in artistieke en natuurlijke gebeurtenissen. Ze zijn niet noodzakelijkerwijs artistiek geschoold of getalenteerd, hoewel velen dat wel zullen zijn. De bepalende kenmerken van deze schaal zijn interesse in en waardering van natuurlijke en kunstmatige schoonheid. Lage scoorders missen esthetische gevoeligheid en interesse in de kunst.

Personen met een hoge Emotionaliteit staan in goede verbinding met hun bewustzijn van hun eigen gevoelens. Lage scoorders zijn zich minder bewust van hun gevoelens en hebben de neiging om hun emoties niet openlijk te uiten.

Hoge scoorders op avontuurlijkheid staan te popelen nieuwe activiteiten te ondernemen, reizen naar vreemde landen en nieuwe dingen ervaren. Ze vinden vertrouwdheid en routine saai. Lage scoorders hebben de neiging zich ongemakkelijk te voelen met verandering en geven de voorkeur aan vertrouwde routines.

Intellect en artistieke belangen zijn de twee meest belangrijke, centrale aspecten van openheid voor ervaring. Hoge scoorders op gebied van Intellect spelen graag met ideeën. Ze staan open voor nieuwe, ongewone ideeën, en bespreken graag intellectuele kwesties. Ze genieten van raadsels, puzzels, en hersenkrakers. Lage scorers op Intellect geven de voorkeur aan mensen of dingen in plaats van ideeën. Ze beschouwen intellectuele oefeningen als een tijdsverspilling. Intellect moet niet worden gelijkgesteld aan intelligentie. Intellect is een intellectuele stijl, maar geen intellectuele vaardigheid. Hoge scoorders op Intellect scoren iets hoger dan lage scoorders op gestandaardiseerde intelligentietests.

Psychologisch liberalisme verwijst naar een bereidheid om gezag, conventie en traditionele waarden uit te dagen. In zijn meest extreme vorm, kan psychologisch liberalisme zelfs een vijandigheid tegenover regels, sympathie voor overtreders, en liefde voor dubbelzinnigheid, chaos en wanorde vertegenwoordigen. Psychologische conservatieven geven de voorkeur aan veiligheid en stabiliteit in overeenstemming met traditie. Psychologisch liberalisme en conservatisme zijn niet identiek aan politieke overtuiging, maar individuen neigen zeker naar bepaalde politieke partijen.

Een persoon met een hoog vertrouwen gaat ervan uit dat de meeste mensen eerlijk zijn en goede bedoelingen hebben. Personen met weinig vertrouwen zien anderen als zelfzuchtig, sluw en potentieel gevaarlijk.

Hoge scoorders op deze schaal zien geen noodzaak voor schijn of manipulatie bij het omgaan met anderen en zijn daarom openhartig, openhartig en oprecht. Lage scoorders geloven dat een zekere hoeveelheid misleiding in sociale relaties noodzakelijk is. Mensen vinden het relatief eenvoudig om zich te verhouden tot de rechttoe rechtaan hoge scoorders op deze schaal. Ze vinden het over het algemeen moeilijker om zich te verhouden tot de min of meer lage scorers op deze schaal. Het moet duidelijk worden gemaakt dat lage scoorders niet onprincipieel zijn of immoreel; ze zijn eenvoudigweg meer gereserveerd en minder bereid om open te zijn om zich bloot te geven.

Altruïstische mensen vinden het helpen van andere mensen oprecht lonend. Daarom zijn ze over het algemeen bereid om degenen die in nood zijn te helpen. Altruïstische mensen vinden dat dingen voor anderen doen eerder een vorm van zelfontplooiing is dan van zelfopoffering. Lage scoorders op deze schaal houden niet zo van mensen helpen. Verzoeken om hulp voelen als een teken van zwakte in plaats van een kans op zelfontplooiing.

Personen die hoog scoren op deze schaal houden niet van confrontaties. Ze zijn perfect bereid om compromissen te sluiten of om hun eigen behoeften te ontkennen om met anderen overweg te kunnen. Mensen die laag scoren op deze schaal hebben een hogere kans dat zij anderen te intimideren hun zin krijgen.

Hoge scoorders op deze schaal houden er niet van om te claimen dat ze beter zijn dan andere mensen. In sommige gevallen kan deze houding voortkomen uit een laag zelfvertrouwen of zelfrespect. Niettemin, sommige mensen met een hoge zelfwaardering vinden bescheidenheid ongepast. Zij die bereid zijn om zichzelf te beschrijven als superieur hebben de neiging om door anderen als onaangenaam of arrogant worden beschouwd.

Mensen die hoog scoren op deze schaal zijn zachtmoedig en meelevend. Ze kunnen zich inleven in de pijn van anderen en zijn gemakkelijk tot medelijden bewogen. Lage scoorders zijn niet sterk beïnvloed door menselijk leed. Ze zijn trots op objectieve beoordelingen die zij maken op basis van reden. Ze zijn meer begaan met de waarheid en onpartijdige gerechtigheid dan met genade.

Zelfstandigheid beschrijft vertrouwen in iemands vaardigheid om dingen te bereiken. Hoge scoorders geloven dat ze de intelligentie (gezond verstand), drive en zelfbeheersing hebben die nodig zijn om succes te behalen. Lage scoorders voelen zich niet effectief en hebben misschien het gevoel dat ze dat niet de controle hebben over hun leven.

Personen met hoge scores op opgeruimdheid zijn goed georganiseerd. Ze willen graag leven volgens routines en schema's. Ze maken lijsten en plannen. Lage scoorders zijn vaak ongeorganiseerd en verspreid.

Deze schaal geeft de mate van iemands besef weer op gebied van plicht en verplichting. Degenen die hoog scoren op deze schaal hebben een sterk gevoel van morele verplichting. Laag scorers vinden contracten, regels en regelgeving te beperkt. Ze worden waarschijnlijk gezien als onbetrouwbaar of zelfs onverantwoordelijk.

Individuen die hoog scoren op deze schaal streven ernaar om excellentie te bereiken. Hun drive om erkend te worden als succesvol houdt hen op het goede spoor richting hun doelen. Ze hebben vaak een sterk gevoel van richting in hun leven, maar extreem hoge scores leiden misschien tot een te hoge vastberadheid en obsessie met hun werk. Lage scoorders zijn tevreden om met een minimale hoeveelheid werk rond te komen en kunnen door anderen gezien worden lui.

Zelf-discipline (wat veel mensen wilskracht noemen) verwijst naar het vermogen om te volharden in moeilijk of onaangename taken totdat ze zijn voltooid. Mensen met een hoge zelfdiscipline zijn in staat om ondanks tegenzin aan taken te beginnen en op koers blijven ondanks afleiding. Degenen met een lage zelfdiscipline stellen taken uit en tonen zich slecht in opvolgen. Vaak lukt het niet om taken te voltooien, zelfs taken die ze erg graag willen voltooien.

Voorzichtigheid beschrijft de aanleg om eerst te denken en daarna te handelen. Hoge scoorders op de voorzichtigheid schaal nemen hun tijd bij het nemen van beslissingen. Lage scoorders zeggen of doen vaak het eerste dat in ze opkomt zonder over alternatieven na te denken en de mogelijke gevolgen van die alternatieven.